Bruno Skerath: René Smits als mens en kunstenaar. (2010)

   

Toen men mij vroeg een gedenkwoord te schrijven bij het heengaan van René, besefte ik weer hoe weinig we elkaar hebben ontmoet en gesproken. Veel te weinig. Het meest versleten excuus is dan: 'Het kwam er niet van'. Maar we hadden wel een band. De weinige keren dat het lukte en ik zelfs mocht doordringen in de beslotenheid van zijn atelier, spraken meteen boekdelen.

   

Ik wil René hier wat benaderen doorheen zijn kunstenaarschap. Daar komt hij, meen ik, het meest ongedwongen tot zijn recht. En het ongedwongene was hem dierbaar. Wat ik bij hem speciaal bewonder is dan ook dat de ideeën ongedwongen en vrijlatend doorschemeren in zijn scheppingen. Ze klinken je als het ware tegemoet, maar dringen zich niet op. Je moet je ermee vertrouwd maken, en dan vind je er ook iets van jezelf in terug. En zo heb ik ook René ervaren, meer als een vragende dan als een wetende.     

      

Hij wilde zich niet vastleggen, hij wilde blijven zoeken. Toch raken zijn scheppingen subtiel aan antwoorden op verborgen vragen. Om dat te illustreren hiernaast een werk van zijn hand, uit 1963, genaamd 'Water en Vuur'. Wat meen ik te zien?

De vurigheid in de ruimte krijgt iets persoonlijks door de aanduiding van een oog, terwijl de onwaarschijnlijk prachtige golfslag van het water zich verheft tot de aanduiding van een zwangere vrouw. En beiden kijken elkaar aan, waarbij een uitstraling van het vuur de vrouw ook nog eens omhelst of haar wang streelt. De onverzoenlijke tegenstelling tussen water en vuur wordt hier op een hoger peil tot een samenspraak gebracht. Is dat niet spiritueel in de echte zin!

Het herinnert aan een woord van Goethe: 'Wat is kostelijker dan licht? Het gesprek'. Maar dan in beeldvorm. Of wijst de omhelzing door het vuur op het kosmische aspect van de liefde, dat we terugvinden in de haast kosmische zwangerschap van de vrouw?

    

Heeft René dat allemaal bedacht? Misschien niet. Maar de kunstenaar in hem wist het wel met vaardige hand tot ons te brengen. Zoals ik al aanduidde, ervaar ik zijn werken ook als in hoge mate muzikaal. Als men zich erin verdiept klinken ze melodieus en harmonisch, en dat telkens weer anders. Wat doet muziek? Ze geeft het innerlijk weer. Ze is woordloos gesprek. En dat hebben René's beelden, tekeningen, etsen en andere werken heel aandoenlijk: een innerlijk dat ons woordloos toespreekt, ja, dat ons toezingt.

Daarom is hij ook een uitzonderlijke portrettist: de ziel van de geportretteerde zindert er doorheen. En dat feilloze treffen van een menselijk gelaat - het meest typerende aan onze verschijning - herinnert mij weer aan een gedicht. Het is van de vrij onbekende Duitse dichter Anton Wildgans (1881-1932).

   

In dit bestaan vol wee en pijn,

Dat ons verwart,

Kan van een verre lamp de schijn

Soms als een lieve glimlach zijn,

Van hart tot hart.

   

En van een mens het aangezicht,

Voorbijgegaan,

Kan roerend zijn als een gedicht,

Ons troostend als een teder licht

Voor ogen staan.

     

En wat is bij een mens woordloos sprekender dan een glimlach!

      

Met warm gedenken,

Bruno Skerath

2010